
Avatar is misschien wel de meest eigenzinnige en hardwerkende band van het moment. De band is niet meer weg te denken van de podia wereldwijd. En iedereen die Avatar live heeft mogen aanschouwen, is het unaniem eens over de kwaliteit van de optredens: een concert van Avatar moet je gewoon meegemaakt hebben. Met Iron Maiden zijn ze de wereld rond getrokken waardoor ook Zuid-Amerika kennis heeft mogen maken met deze vijf Zweden. Momenteel staan ze aan de vooravond van hun eigen headlinetour die ook Amsterdam begin volgend jaar aandoet. Daar tussendoor weet de band ook nog tijd vrij te maken om nieuwe studio-albums af te leveren waarvan Dance Devil Dance uit 2023 de voorlaatste is. Nu is het de beurt aan Don’t Go In The Forest.
Op het nieuwe album is de granieten basis van de Zweedse rock alom aanwezig, maar Avatar is geen band die op veilig speelt. Op het album duikt de band weer diep in het collectieve onderbewustzijn en blijven steeds dieper het bos induiken ongeacht de mogelijke angstaanjagende gevaren die hen tegemoet komt. De band omschrijft het zelf als volgt:
“Terwijl een vreemd licht aan de hemel je wenkt naar iets verbodens, ver weg, zie je een veerman in een gewaad en met hoorns, roeiend over een rusteloze zee aan het einde der tijden. Thuis rolt een vreemd geluid door je huis. Het komt uit de kelder. Het nieuws heeft het over een prachtig lijk, geprezen voor haar magnifieke dood op een dansvloer door mannen die haar hadden kunnen genezen. Je ziet de laatste uitzending van een buitenpost die bezwijkt aan de vlammen op een verre maan. De bewoners proberen hun eigen waanzin te ontlopen. Buiten is er een plek waar je niet mag komen, hoe bedwelmend de blik van de ogen tussen de bomen ook is.
Je ligt ’s nachts wakker, maar je droomt duizenden dromen die echter zijn dan welk wakker moment dan ook.”
Het tiende album kent tien nieuwe composities waarvan de kern voor mij in de eerste helft ligt. De opener Tonight We Must Be Warriors is een onvervalste Avatarcompositie. Het heeft het aantrekkelijke gitaargeluid van Tim Öhrström en Jonas Jarlsby en qua melodie en ritme word je meteen meegetrokken in de vibe van de band. Zanger Johannes Eckerström laat daarbij horen dat hij qua stemgeluid geen grenzen lijkt te kennen. Grunts en clean vocals wisselen elkaar moeiteloos af en bij het beluisteren zie ik in gedachten zijn live-performance als één van de beste voormannen van het moment.
Dat de heren trouwens rauwe rock/metal neerzetten, wordt dan wel weer duidelijk in In The Airwaves. Snel, furieus jaagt drummer John Alfredsson de overige vier Avatarleden op om erg stevig uit de hoek te komen. Het refrein is dan een oase vol van melodie en verfrissend. Wanneer we het dan over vet, snel en overweldigend hebben, dan kun je je borst ook nat maken met Take This Heart and Burn It. Startend met een vette baslijn van Henrik Sandelin komt de compositie als een duistere gedaante op je af. Tussendoor weet John er met een bijzonder ritme nog een extra accent aan te geven. Het couplet grijpt je bij je lurven om je met een melodieus refrein ruw te masseren. In Abduction Song is het een sterke zware riff die tot de verbeelding spreekt, maar op een geraffineerde manier is verweven met een sterke melodie en een kenmerkende galopriff die uitstekend past bij Avatar. Met een gitaarsolo krijgt de compositie een leuke wending om daarna vanuit de basis weer verder te gaan en daarna fel af te sluiten.
Verwacht nooit het voorspelbare bij Avatar. Dan kom je bedrogen uit. Altijd weet de band je te verrassen met een bijzonder stuk muziek. Voor mij is het Captain Goat. Een compositie die langzaam en traag het verhaal vertelt van de veerman uit het begin van de review. Het is echter een compositie, die evenals bijvoorbeeld Colossus, steeds meer tot de verbeelding gaat spreken. Ook Death and Glitz is zo’n compositie waar je misschien in eerste instantie geen raad mee weet. Het geeft je het typische Avatargevoel en het intro vraagt om een soort van uitspatting die je op een presenteerblaadje krijgt voorgeschoteld. Tekstueel heeft het misschien 1-2-3 niet zoveel om het hand, maar het Avatargeluid met een vleugje disco doet het uitstekend. Een andere topcompositie is het titelnummer Don’t Go In The Forest. Het is zo’n compositie die je luidkeels mee mag en kan meezingen. Daar vraagt het gewoon om, terwijl je niet zeker weet wat je te wachten staat wanneer je dit in het donker declameert. Een uitstekende single zou het zijn.
Howling At The Waves is een leuk popliedje tussendoor alvorens het Halloweenkarakter vorm krijgt in Dead And Gone And Back Again. Ergens heeft het een kabbelend ritme, maar heeft in alles de Avatarstempel en met een versnelling halverwege krijgt het meer krachtig om na de solo weer terug te grijpen naar de basis. Ergens moet ik wel denken aan The Eagle Has Landed van het album Feathers & Flesh.
En zoals altijd is er altijd één compositie op een album te noemen dat eigenlijk buiten elk Avatarbootje valt. Hier is het Magic Lantern. Een bijzonder stuk waarin vooral Tim en Jonas zich mogen uitleven in hun gitaarspel.
De conclusie is eigenlijk vrij eenvoudig. Don’t Go In The Forest is het album waar je naar uit hebt gekeken. En je krijgt precies wat je hoopt dat je zou krijgen. Een sterk album waar Avatar zichzelf verder verstevigt in de metalklei, vasthoudend aan hun eigen geluid, maar altijd zoekend naar grenzen. Met dit tiende album zet Avatar zich weer meer op de kaart en het schijnbaar onvermoeibare vijftal uit Zweden klimt zo steeds hoger op de ladder. Ik heb het al eerder vermeld dat Avatar behoort tot de headliners van de toekomst, maar eigenlijk al van vandaag.