Toen Soen zeven jaar geleden met Cognitive debuteerde, had ik even het idee dat dit een samenwerkingsverband zou zijn dat van korte duur was. Maar gelukkig blijkt ondertussen dat Soen een sterke speler in het progressieve genre is geworden en reeds drie meesterwerkjes achter hun naam hebben staan. Het vierde album Lotus is een mooie voortgang in de rij, want wederom weet Soen me te boeien en te raken. Zozeer te raken dat een review schrijven een lastige klus is geworden.
Steeds werd ik bevangen door de negen composities op het album waardoor ik vergat om daadwerkelijk te gaan bedenken wat ik moest schrijven en daarbij is het geheel zo neergezet dat de sfeer van het album moeilijk onder woorden te brengen is. Laten we ermee beginnen dat gitarist Marcus Jidell het front heeft verlaten en plaats heeft gemaakt voor de Canadese Cody Ford. Muzikaal merk je daar op Lotus niet veel van, want de composities liggen mooi in het verlengde van wat je van Soen mag verwachten. Ik heb wel het idee dat melancholische kant van de band wat meer nadrukkelijk aanwezig is.
Penance is daar een mooi voorbeeld van. Even wat los van de progressieve kant laat Soen zich van een gevoelige kant zien, maar ook het daaropvolgende River getuigt van deze kant. Licht akoestisch wordt de zang van Joel Ekelöf mooi ondersteund door het gitaargeluid. Het stemgeluid van Joel heeft een warm timbre mee gekregen in River wat bijzonder prettig ‘aanvoelt’. Opvallend is het keyboardgeluid en het geluid van de steelguitar die voor een fraai accent zorgt. Ook het wat hoge stemgeluid dat de instrumentale stukken aanvult, biedt het geheel meer diepte.
Het absolute hoogtepunt in de melancholie zet Soen neer in het titelnummer Lotus. Ook hier een Joel die wat lager zingt dat we gewend zijn. Hier horen we dat een geluid dat meer afstand neemt van Opeth en meer naar Riverside beweegt. Deze gevoelige ballad wordt daarbij gesierd door een Floydiaans gitaargeluid dat soms sterk naar de voorgrond is gezet en je mee laat zweven op een progressieve mistwolk die je omhult en langzaam laat verdwalen in de universele muziektuin die Soen creëert.
Maar Lotus is meer dan dat. Soen is nog altijd progressief en weet dat op uitermate mooie wijze te verwerken in de composities. In Covenant weten ze dat sterke progressieve karakter te vermengen met een groovend melodieus refrein. Het krachtige gitaargeluid van Cody en Lars zet de basis en klinkt sterk onregelmatig. Mooi is te horen hoe het basgeluid van Stefan Stenberg in ingebed in de hele basis en naar de voorgrond is gehaald. Samen met het uitstekende en krachtige drumgeluid van Martin Lopez geeft het Covenant net dat beetje extra diepte.
Het is niet alleen hier dat Martin zich mag uitleven op zijn drumkit. Ook in de opener Opponent zorgt zijn sterke slagkracht voor het gewicht dat een progressieve compositie zoals Opponent verdient. Niet alleen is het de kracht, maar zeker ook zijn slagritme dat de aandacht opvraagt en waar de rest aan lijkt te zijn opgehangen. Heerlijk progressief genieten met het samenspel van riffs en drum. Joël voegt daar met zijn stemgeluid wat zachtheid aan toe.
De ultieme progfantasie krijgt voortgang in Lascivious. Het is een spel met contrasten wat hier tentoon wordt gesteld. Het is heerlijk om te horen hoe gitaar en toetsen elkaar hier aanvullen en versterken in hun spel. Ook hier drumt Martin zijn stempel stevig op het totale geluid, maar altijd functioneel en ten dienste van het collectief. Nauwelijks bijgekomen van Lascivious wordt Martyrs meteen zwaar ingezet. Vooral hier laat Joël horen waar zijn zangkwaliteiten liggen en zijn kracht en emotie perfect in balans neergezet. Het stuk met slechts piano en zang overtuigen en bieden een mooi contrast met de enerzijds krachtige stukken en anderzijds melodieuze onderdelen van Martyrs. Dat spel in ritme en stijl maakt Soen tot een krachtige progressieve band die het allemaal met precisie in een compositie weten te verwerken.
Ook aan het eind van het album is de zware progressieve grondslag nagenoeg perfect neergezet. In Rival krijgt de luisteraar een zwaar riffgeluid voor zijn kiezen dat, ondertussen bijna vanzelfsprekend, gesteund wordt door de drums. Een lichte tempowisseling houd je zeker bij de les, maar pakt je ook meteen in. Melodieus groovend sluit Lunacy het album herkenbaar en vertrouwd af. De sterke muzikale basis hypnotiseert en de zachte refreinen tillen je naar grotere hoogten en in een lang intro met minimale muzikale ondersteuning streelt Joël je nog even je neuronen om je in een roes achter te laten bij de laatste tonen van Lotus.
Lotus is het vierde briljante album van Soen. Nu al kan ik me voorstellen dat dit album aan het eind van het jaar in de terugblik terugkomt. Het album klinkt vertrouwd maar is geen eenvoudige herhaling van zetten. Dit is jezelf tegenkomen in een progressief paradijs.
Soen – Lotus
497
vorig bericht